Strikje erom (over zorgvuldig ruimtegebruik)
Het is mij al langer een doorn in het oog: de nonchalance waarmee wordt gebouwd in het groen. Nieuwe bedrijventerreinen, woningen, XXL dozen: ze nemen happen uit ons landschap alsof we daar genoeg van hebben. Terwijl er nog genoeg plekken zijn die schreeuwen om een opknapbeurt. Oude kantoren, verloederde stukjes bedrijventerrein, tochtige wederopbouwhuizen. Voor het herontwikkelen van dergelijke plekken moeten projectontwikkelaars extra kosten maken. Soms is daar subsidie voor en betaalt de belastingbetaler dus mee. Ook voor het weghalen van leegstaande en verkrotte gebouwen (denk aan vrijkomende agrarische bebouwing (VAB)) draait in de regel de belastingbetaler op.
Het is mij al langer een doorn in het oog: de nonchalance waarmee wordt gebouwd in het groen. Nieuwe bedrijventerreinen, woningen, XXL dozen: ze nemen happen uit ons landschap alsof we daar genoeg van hebben. Terwijl er nog genoeg plekken zijn die schreeuwen om een opknapbeurt. Oude kantoren, verloederde stukjes bedrijventerrein, tochtige wederopbouwhuizen. Voor het herontwikkelen van dergelijke plekken moeten projectontwikkelaars extra kosten maken. Soms is daar subsidie voor en betaalt de belastingbetaler dus mee. Ook voor het weghalen van leegstaande en verkrotte gebouwen (denk aan vrijkomende agrarische bebouwing (VAB)) draait in de regel de belastingbetaler op.
Vanuit het gezichtspunt van een projectontwikkelaar is het veel aantrekkelijker om in het groen te bouwen. De grond is goedkoper, bouwrijp maken van de locatie is relatief eenvoudig en er is geen bestaand gebouw dat de mogelijkheden voor iets nieuws beperkt. Maar in werkelijkheid kost nieuwbouw in het groen wél meer dan herontwikkeling van iets bestaands. Die kosten worden echter afgewenteld op de maatschappij, waaronder verlies aan landschap en de kosten van herontwikkeling of sloop in de toekomst. De groene ruimte hebben we intussen keihard nodig voor biodiversiteit, wateropvang, landbouw en recreatie. Daar moeten we dus zuinig op zijn. Wat eenmaal bebouwd is, wordt zelden weer groen.
Bouwen in het groen is te gemakkelijk en te goedkoop. Herontwikkeling is daarmee vergeleken al snel te duur.
De claims op de ruimte worden de komende tijd alleen maar groter: woningbouw, energietransitie en werklocaties. Om die reden hebben wij als ChristenUnie, samen met andere partijen in de Gelderse Staten, zorgvuldig ruimtegebruik op de agenda gezet. We wilden kijken of er een manier te bedenken is om bouwen in het groen duurder te maken en de opbrengst daarvan te gebruiken voor het opruimen van lege gebouwen. Kunnen we iets met een ‘statiegeldregeling’, een ‘verwijderingsbijdrage’, of een ‘opruimplicht’? Is het een goed idee om daar als provincie het voortouw in te nemen omdat de kans klein is dat een gemeente zoiets in haar eentje gaat doen en de regierol van de provincie alleen maar groter wordt?
Tijdens een Ronde Tafel deelden deskundigen hun kennis. Hun presentaties kun je hier vinden. Er blijkt nog weinig ervaring te zijn met dergelijke instrumenten. Daardoor lijkt het nu nog geen goed idee om dat provinciebreed in te voeren en aan de gemeenten te verplichten. Tegelijkertijd worden landelijk en Europees beleid wel steeds strenger als het gaat om verspilling van de groene ruimte. Dit voorjaar wordt de Europese bodemwet verwacht, waarin een regel is opgenomen over ‘no net land take’. Onder de Omgevingswet worden de mogelijkheden voor gemeenten ruimer om financiële bijdragen van ontwikkelaars te vragen. Het laaghangende fruit is het aanscherpen van onze Omgevingsverordening ten aanzien van zorgvuldig ruimtegebruik. Daarnaast heeft de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening Hugo de Jonge de provincies uitgenodigd om met ideeën en vragen te komen. We zouden hem kunnen vragen om iets als een ‘statiegeldregeling’ te ontwikkelen. Gelderland is immers niet de enige provincie waar dit speelt en een gelijk speelveld is gewenst.
Twee weken later gingen we als woordvoerders met elkaar en Gedeputeerde Kerris in debat. Er was veel steun voor ons voorstel om de omgevingsverordening aan te scherpen en tegelijkertijd de Minister van VRO te vragen om een instrument à la ‘statiegeldregeling/verwijderingsbijdrage’ te ontwikkelen. Gelderland zou gemeenten kunnen zoeken voor een pilot. De Gedeputeerde zegde toe het volgende nader uit te zoeken:
-
De mogelijkheden voor intensivering van bestaande bedrijventerreinen (hiernaar loopt nu een onderzoek);
-
De juridische mogelijkheden om zorgvuldig ruimtegebruik breder in de verordening verankeren;
-
De juridische mogelijkheden om iets als een ‘verwijderingsbijdrage’ of een ‘statiegeldregeling’ op te nemen in de instructieregels voor gemeenten in de omgevingsverordening;
-
Dit onder de aandacht te brengen van de Minister van VRO.
Een mooi resultaat in de allerlaatste oordeelsvormende sessie voor de verkiezingen van 15 maart 2023. En voorlopig ook mijn laatste woordvoering. Strikje erom.