De rijke provincie Gelderland (nog wel)
Als je het hebt over de provincie Gelderland, dan is de bak met geld één van de eerste zaken die veel mensen weten te noemen. ‘Iets met Nuon toch?’
De bak geld van de provincie Gelderland en hoe we daarmee omgaan is een wondere wereld met een heleboel ingewikkeld vakjargon. Ik zal proberen uit te leggen hoe het zit met het Gelderse geld en waarom we niet meer zo rijk zijn als we waren. De komende tijd praten we regelmatig over onze afnemende rijkdom en hoe we daar mee om kunnen gaan. Deze verschillende gespreksonderwerpen loop ik in deze blog langs. De volgende keer ga ik in op wat we precies doen met ons vermogen en ga ik in op de begroting 2022.
Het stamkapitaal
Dat van Nuon klopt. De verkoop van Nuon in 2009 leverde Gelderland 4,4 miljard op. Dit noemen we het stamkapitaal. Dit stamkapitaal geeft de provincie een bijzondere positie. We hebben gesprekken over de langjarige rente, over kapitaalmarkten en over investeringen met een onrendabele top. Zoveel geld ‘op de bank’ levert natuurlijk rente op. De afgelopen jaren kon de provincie met rente-inkomsten allerlei beleid op het gebied van landbouw, leefbaarheid, de energietransitie, natuur, cultuur, toerisme, onderwijs en arbeidsmarkt, wonen, sterk bestuur en sport uitvoeren. En om nog meer moois te kunnen doen in de provincie hebben verschillende coalities ook regelmatig geld uit het stamkapitaal uitgegeven. Er is nu nog een dikke 2 miljard over. Overigens ontvangt de provincie naast rente ook nog dividend van de aandelen van Alliander die Gelderland in bezit heeft.
Structurele inkomsten
De inkomsten uit rente en dividend zijn eigenlijk ‘extra’s’. De wettelijke taken, zoals het onderhoud van wegen en het openbaar vervoer, betalen we uit onze structurele inkomsten. Die ontvangt de provincie vanuit het provinciefonds (dit is geld dat de rijksoverheid naar de provincie overmaakt) en de opcenten op de wegenbelasting.
Maar het wordt allemaal minder..
We merken nu dat het financieel steeds krapper wordt. Dat heeft een aantal oorzaken:
-
Strengere regels
De wetgeving die bepaalt wat de provincie met haar geld mag doen is strenger geworden. We mogen bijvoorbeeld niet meer beleggen in staatsobligaties, maar moeten ons geld stallen bij de Rijksoverheid. Dit heet schatkistbankieren en leidt tot een lager rendement en dus minder financiële ruimte voor de provincie. -
Lage rente
Iedereen merkt dat geld op een bankrekening weinig opbrengt. Daar heeft de Provincie ook last van. We krijgen ongeveer 0% rente op het schatkistbankieren. Het verschil tussen 0 en 2% rente op een bedrag van 2 miljard is natuurlijk gigantisch. Reken het maar eens uit, het is een bedrag waar we een hoop mooie dingen van kunnen doen. -
Het stamkapitaal is veel minder dan 10 jaar geleden
Zoals ik zei begonnen we met 4,4 miljard en is daar nu de helft van over. Er waren goede redenen om het geld uit te geven, maar het rendement op 4,4 miljard is hoger dan op 2 miljard.
Ook de structurele inkomsten worden minder of zijn onzeker.
-
Het provinciefonds wordt herijkt
Dit is weer een mooie ambtelijke term. De rijksoverheid kijkt of het geld dat provincies ontvangen op een andere, simpeler manier verdeeld kan worden over de provincies. Dit kan betekenen dat Gelderland over een paar jaar minder inkomsten krijgt.
-
De opcenten worden minder
Voor elektrische auto’s hoeft geen wegenbelasting betaald te worden. Er komen steeds meer elektrische auto’s en dat betekent dat Gelderland in de toekomst langzaam minder inkomsten krijgt. Daarnaast staat in het klimaatakkoord iets over rekeningrijden. Dit zou kunnen betekenen dat de opcenten helemaal gaan verdwijnen en dat de provincies ergens anders belasting over kunnen gaan heffen. Dat is allemaal nog erg onzeker.
Dat het langzaam minder wordt levert allerlei vragen op. Hoe zorgen we ervoor dat Gelderland over 10 jaar nog steeds geld uit kan geven aan alle zaken die we zo belangrijk vinden? Er is de komende jaren nauwelijks ruimte om nog extra activiteiten te ondernemen. Hoe zorgen we ervoor dat de begroting mooi sluitend blijft en er politieke keuzes overblijven?
Vraagstukken die nu spelen
De komende tijd praten Provinciale Staten over allerlei onderwerpen die te maken hebben met onze langzaam afnemende rijkdom:
-
Risicomanagement en weerstandsvermogen
Als we geld uitlenen aan een gemeente, aandelen kopen of geld in een fonds wegzetten reserveren we daarvoor ook geld. Dit doen we omdat er altijd een risico is dat het geld niet meer terugkomt. Gelderland is hier de afgelopen jaren heel voorzichtig in geweest. We gaan nu iets minder geld reserveren. Dat betekent dat er weer wat geld vrij komt. -
Onderzoek naar structurele middelen
Van de rente en dividend betalen we allerlei beleid dat we belangrijk vinden. Daar is steeds minder ruimte voor. Daarom gaat het college onderzoeken of onze wettelijke taken wat goedkoper kunnen. -
Alliander
Gelderland is een grote aandeelhouder van netwerkbedrijf Alliander. Om alles wat Alliander moet doen voor de energietransitie te kunnen betalen is geld nodig. Daarom heeft Alliander aan de aandeelhouders gevraagd om een lening. Hier moeten de Provinciale Staten over besluiten. -
Financieren vanuit de publieke taak
Het rendement op het vermogen wordt lager. Het college zoekt daarom uit wat de mogelijkheden zijn voor de provincie om geld te investeren op zo’n manier dat we mooie en nuttige dingen doen voor de provincie (‘de publieke taak’) en er tegelijkertijd wat rendement aan over kunnen houden.
Kortom, er speelt een hoop op het gebied van provinciefinancieën. De volgende keer leg ik uit wat we allemaal doen met ons geld.