Is aanbesteden nu wel zo effectief?
Vorige week woensdag trokken Statenlid Freek Rebel en fractievolger Judith Westerink samen met Rosmarijn Boender van de VVD de Gelderse uiterwaarden in met onder andere Staatsbosbeheer, Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) Nederland en de Agrarische Collectieven om te praten over aanbestedingen in natuurgebieden. Zij concludeerden dat het door aanbesteden voor de lokale boer moeilijk wordt om lokaal natuur te beheren en alternatieven in de toekomst zijn dus nodig.
Aanleiding voor het bezoek waren de Statenvragen die Freek Rebel namens de ChristenUnie stelde met Rosmarijn Boender van de VVD. Door het gebruik van aanbestedingen wordt het namelijk steeds moeilijker om de verschillende doelen te bereiken die we met elkaar voor ogen hebben. Aanbesteden kan goed werken als het gaat om het aanleggen van een weg, maar voor het beheren van natuurterreinen zijn ook andere zaken van belang dan alleen kuubs en meters. Daar gaat het ook om kennis en ervaring.
Daar komt bij dat landbouw en natuur niet zonder elkaar kunnen. Boeren worden aangemoedigd om over te schakelen naar een duurzamere vorm van landbouw. Staatsbosbeheer wil boeren helpen met het overschakelen en onderzoekt hoe deze natuurinclusieve landbouw bijdraagt aan natuurdoelen die zijn gesteld in de gebieden. Het is dan ook logisch om dat te doen met boerenbedrijven in de buurt van deze natuurgebieden.
Juist op dit punt gaat het mis. Het beheer van de natuurgrond wordt niet verpacht aan de lokale boer, maar wordt aanbesteed. Aanbesteden gebeurt vaker, ook bij het beheer van schaapskuddes bijvoorbeeld. In het geval van de begrazing is dit slecht nieuws voor de lokale boer en voor de Terreinbeherende Organisatie (TBO). De kansen om van elkaars lokale kennis en kunde gebruik te kunnen maken en om meerdere doelen te bereiken nemen fors af. Daarmee worden óók de kansen verkleint om de natuurdoelen te halen. Daarnaast kan de boer geen gebruik maken van de hectares die zo nodig zijn.
Gebiedsgerichte aanpak is daarom noodzakelijk om in de toekomst een samenwerkingsvoordeel te realiseren tussen terreinbeherende organisaties zoals Staatsbosbeheer en de lokale boer die grond nodig heeft om te extensiveren.