Mijn bijdrage aan het stikstofdebat

koeien in Harskamp.jpegwoensdag 30 oktober 2019 19:34

Wie nog worstelt met de vraag of de provincies er eigenlijk wel toe doen, heeft na alle ophef over de korte termijnplannen rond de terugdringing van stikstof wel een antwoord gekregen. De provincie staat in de schijnwerpers. En terecht! We staan als bevoegd gezag voor een enorme opgave, vol emoties en vol van verschillende belangen.

Waar doen we het allemaal voor?

Onze stikstofmaatregelen nemen we niet voor niets. Onze kwetsbare natuur staat er slecht voor en er zullen echt stappen gezet moeten worden om deze weer naar een acceptabel peil te krijgen. In Gelderland hebben we daar in het bijzonder mee te maken, omdat we veel natuur hebben. Het rapport van de commissie Remkes heeft als titel meegekregen ‘niet alles kan’. Een veelzeggende titel. Voor de fractie van de ChristenUnie is het van belang om de pijn van de te nemen maatregelen op een eerlijke manier te verdelen. Wij zijn ervan overtuigd dat we die ook allemaal gaan voelen. In wezen zijn we op zoek naar een nieuwe manier waarop we als mens en natuur samen kunnen leven in Gelderland.

Terugblik: de onduidelijkheid na 8 oktober

Door de uitspraak van de Raad van State is er een enorme druk komen te staan op het proces om tot een nieuwe manier van stikstofreductie te komen. Vergunningen konden niet meer worden afgegeven en daardoor kwam onze provincie op vele manieren in de knel te zitten. De beleidsregels die voor de korte termijn zijn gemaakt hebben daar overduidelijk onder geleden. De Statenbrief, de beleidsregels zelf en de toelichting daarop gaven een troebel en onvolledig beeld van de juridische effecten. Wie met de kennis van nu deze documenten doorleest, ziet waar ze zijn tekortgeschoten. De zorgvuldigheid van de wetgeving en de informatievoorziening heeft geleden onder de haast die er was om weer vergunningen te kunnen verlenen.

En één sector in het bijzonder was daar in het bijzonder verbolgen over. De agrarische sector. En, voorzitter, nog los van wat je van de acties van de boeren vindt, met de kennis van nu moeten we constateren dat ze gewoon een punt hadden. De juridische consequenties voor de boeren gingen veel verder dan wat er in de Statenbrief van 8 oktober over te lezen was. Hierbij doel ik met name op de regels over intern salderen.

En vanuit die lijn is het volstrekt begrijpelijk dat het College op 22 oktober heeft besloten om de beleidsregels op te schorten. Het besef dat in de haast van het proces onzorgvuldigheden in de beleidsregels zijn geslopen is een valide argument om onbedoelde effecten te voorkomen en zorgvuldigheid terug in het proces te brengen. Daarvoor zijn de belangen veel te groot.

Lessen trekken

De haast van het proces heeft ook de informatievoorziening richting Provinciale Staten onder druk gezet. Ik ben blij dat in de Statenbrief van 22 oktober en ook in tussentijdse mededelingenbrieven, het college daar een reparatie op heeft uitgevoerd. Maar we moeten er wel lering uit trekken. In het college en in Interprovinciaal overleg (IPO) verband worden belangrijke besluiten voorbereid en genomen. En zeker waar het gaat over het IPO is het voor de Staten zeer moeilijk om zich te houden op de processen en op de hoogte te blijven van ontwikkelingen.

Ik realiseer mij dat reglementen binnen het IPO dit in de weg staan en ik roep onze IPO-vertegenwoordigers dan ook op hier scherp op te zijn en in te zetten op meer openheid van hetgeen zich in IPO-verband voltrekt. Ook vraag ik aan het college om hier vanuit haar positie zo goed mogelijk invulling aan te geven.

Vooruit kijken

We zijn als Provincie op vervelende wijze tegen een muur aan gelopen. Maar als ik alleen maar achterom zou kijken, zouden we uit het oog verliezen wat ons nog te wachten staat. Een giga-operatie om de balans tussen mens en natuur te herstellen. Als je bedenkt dat dit nog maar de eerste stapjes zijn in dat proces, dan kunnen we ons opmaken voor een intense periode waarin plannen gemaakt moeten worden om het stikstofvraagstuk aan te pakken.

Daarbij kan ik het niet laten om een aantal elementen uit te lichten, omdat die voor de ChristenUnie van groot belang zijn. Allereerst over de gebiedsgerichte aanpak.

Ik ben ervan overtuigd dat onze samenleving over zoveel kracht beschikt dat we samen vraagstukken op kunnen lossen. Maar dan moeten we wel zorgen dat iedereen betrokken wordt bij dat proces en dat knelpunten snel in beeld gebracht worden. Op het gebied van natuur, agrarische activiteiten, industrie, weg etc. De ChristenUnie  wil graag een volledig beeld hebben van de omvang van activiteiten die extra stikstofruimte nodig hebben en wat de consequentie daarvan zijn op basis van de beleidsregels.

Ook maken wij ons zorgen over de toename van Vrijkomende Agrarische Bebouwing en de effecten daarvan op de leefbaarheid op het platteland, en de mogelijkheden die dit biedt voor criminelen om hun activiteiten in onder te brengen. Wat de ChristenUnie betreft hoort bij de gebiedsgerichte aanpak ook dat we oog hebben voor dit soort vraagstukken.

Gelderland is een unieke provincie. Wat een enorme rijkdom wij hebben aan natuur. Hoe trots wij zijn op onze innovatieve agrarische- en foodsector. Onze maakindustrie. Onze mensen en onze cultuur. Juist in Gelderland komt de stikstofproblematiek met al zijn facetten op ons af. Het is niet één sector die knel zit, maar we staan met elkaar voor de uitdaging om de balans tussen mens en natuur opnieuw te vinden. Laat het op zo’n manier gebeuren dat innovaties worden gestimuleerd. Dat de pijn eerlijk wordt verdeeld en dat er ook een duidelijk toekomstperspectief is waar wij naar uit kunnen kijken en ook weer trots op kunnen zijn.

 

Dirk Vreugdenhil

« Terug

Archief > 2019 > oktober

Geen berichten gevonden